De kosten van sparen (spoiler: Die zijn enorm!)

de kosten van sparen

Zomaar een berichtje uit een willekeurige krant:

“Het CBS meldt dat consumentengoederen en -diensten deze maand 2,9 procent duurder waren dan een jaar eerder”

Dit is iets waar de meeste mensen makkelijk overheen lezen, maar wat enorme gevolgen heeft voor iedereen. Want wat betekent dit nu precies? Simpel gezegd heb je deze maand 2,9% meer geld nodig om hetzelfde te kopen als een jaar ervoor. Zo kost een spijkerbroek van € 100 nu dus € 102,90, en betaal je 6 cent meer voor een kop koffie. Lijkt niet zo veel, toch?

Schijn bedriegt
Een Nederlands gezin met twee kinderen, eigen huis en auto heeft gemiddeld € 27.750 op de spaarrekening staan volgens het Nibud. Erg verstandig vind ik, want je moet altijd een buffer hebben voor onvoorziene uitgaven. De kapotte wasmachine of een tegenvallende APK bijvoorbeeld. Je hebt dus altijd geld nodig op een spaarrekening voor tegenvallers. Daarnaast heb je misschien ook wel speciale plannen de komende paar jaren. De voorziene uitgaven. Denk aan een vakantie, kleine verbouwing, of tóch die nieuwste serie van jouw favoriete automerk. Ook het geld dat je hiervoor gaat gebruiken zet je op een spaarrekening.

Sparen is erna geen optie
Heb je naast deze onvoorziene en voorziene uitgaven nog geld over? Dan is sparen geen optie. Dat heeft alles te maken met het nieuwsberichtje van het CBS. Want sparen kost je jaarlijks namelijk € 796,45! Dit komt door inflatie. Inflatie betekent dat de waarde van geld minder wordt. Momenteel krijg je op je spaarrekening nog een beetje rente (0,03%), maar dat compenseert de inflatie (2,9%) bij lange na niet.

Een spaarrekening betekent voor veel mensen ‘zekerheid’, maar dit is een schijn-zekerheid. Als je inlogt op je bankrekening, dan zie je hetzelfde saldo staan. En dat terwijl je per jaar dus bijna € 800,- verliest. De inflatie zie je niet, dus voel je het ook niet. Ben je in de gelukkige omstandigheid dat je meer dan de gemiddelde Nederlander hebt? Dan is je verlies dus nog groter. Het kan zomaar zijn dat je dan ook nog eens te maken krijgt met belasting over je vermogen. Bij bedragen vanaf € 30.360 per volwassene, betaal je minimaal 0,58% belasting (stijgend bij grotere vermogens).

Kortom, sparen kost je geld. Maar voor uitgaven op de korte termijn is dat niet erg, want alternatieven zijn nog risicovoller. Stel je voor dat je het geld voor onvoorziene en voorziene uitgaven gaat beleggen en de beurs daalt opeens flink. Dan betekent dat een groot verlies. Gaat dan nét je wasmachine kapot of stond je op het punt om op vakantie te gaan met je gezin? Dan heb je helaas een probleem.

Dus, geld voor je uitgaven op korte termijn mag wat minder waard worden. Maar, geld dat je over tien jaar nodig hebt moet minstens hetzelfde waard blijven. Stel, de situatie blijft gelijk. Dan is die € 27.750 op de spaarrekening over tien jaar circa € 20.000 waard. Een afname van bijna 8.000 euro!

Wat moet je dan wél doen?
Zoals geschreven: sparen is goed! Maar niet voor geld dat je op langere termijn nodig hebt. Dus wil je nog wat rendement halen uit je vermogen? Dan is beleggen noodzakelijk.

De vraag blijft dan: wanneer heb je het geld nodig? Hoe langer de tijd, hoe meer risico je mag nemen. Heb je je geld minstens twaalf jaar niet nodig? Dan kun je misschien wel alles in aandelen beleggen. Maar geld dat je eerder nodig hebt dan twaalf jaar, mag nooit dat risico krijgen.

Maak dus een plan voor je geld. Een financieel plan. Wanneer heb je wat nodig en waarom? Hoe belangrijk is het dat het geld er dan nog is? Mag het iets minder of meer zijn? Kun je het uitstellen? Een goed opgesteld financieel plan geeft je inzicht en overzicht en nog veel belangrijker: financiële rust! Je hebt geen zorgen voor de korte termijn door voldoende spaargeld en je hebt kans dat in de toekomst je wensen ook financieel haalbaar zijn!

Wil je eens bijpraten over jouw financiële situatie? Neem contact met me op! Ik ben dagelijks te bereiken op 015-3106992 of vul onderstaand contactformulier in:

Pascal Berends